Albert Witbraad winnaar Verkeersveiligheidsprijs Flevoland

31 januari 2013 12:08 Met een knalgele neon-bike, een speldje en een vrolijk boeket bloemen werd Albert Witbraad uit Urk bij de jaarlijkse themabijeenkomst van het Vervoerberaad Flevoland in het zonnetje gezet. “U zult nog bekender worden dan u al bent op Urk. Met deze fiets zult u opvallen”, voorspelde gedeputeerde Jaap Lodders die Witbraad de prijs overhandigde.


De Verkeersveiligheidsprijs Flevoland is een jaarlijkse prijs die wordt uitgereikt aan mensen die zich belangeloos en vol overgave inzetten voor de verkeersveiligheid in Flevoland. De jury had zich bij de selectie deze keer laten leiden door het credo: maak van de 0 een punt.


Als leerkracht op de dr. Maarten Lutherschool op Urk maakt Witbraad zeker een punt van verkeersveiligheid. Dankzij zijn inspanningen ontving de basisschool enige jaren geleden als eerste school op Urk het Verkeersveiligheidslabel Flevoland. Voorts is er mede dankzij Witbraad bij de renovatie van het schoolplein een permanent verkeersplein gekomen voor de leerlingen. “Een bijzondere prestatie en een voorbeeld voor andere scholen”, aldus gedeputeerde Lodders, die stelde dat “menig school zich zo’n leerkracht zou wensen”.


Met de term “bewonderenswaardig” prees Lodders ook alle overige verkeersveiligheidsactiviteiten die Witbraad onderneemt. Zo is de leerkracht betrokken bij het mobiele Verkeersplein dat Shell en Veilig Verkeer Nederland hebben ontwikkeld, bij ANWB Streetwise en bij Victor Veilig.


Albert Witbraad nam de prijs enigszins beduusd in ontvangst: “Dit is een complete verrassing voor mij”. Met zijn dankwoord liet hij zich daarna opnieuw zien als de betrokken voorvechter van verkeersveiligheid die hij is. “Verkeer is op onze school sinds jaar en dag een speerpunt. Onze school en de schoolomgeving worden steeds veiliger. Wij beginnen nu ook met het Verkeersplein dat Shell en VVN hebben ontwikkeld en daarvan hebben wij hoge verwachtingen. Maar op Urk hebben wij soms ook het gevoel dat we steeds opnieuw het wiel moeten uitvinden. Wat gebeurt er op dit gebied in bijvoorbeeld Groningen, Brabant of Zeeland? Het zou mooi zijn als al die projecten ergens centraal gebundeld zouden worden.”